Hoe kan je in QGIS bestaande kaarten vinden en opladen?
In QGIS kan je niet alleen zelf kaarten tekenen, maar werk je ook met bestaande kaarten. Er zijn drie soorten kaarten die interessant zijn om mee aan de slag te gaan in je eigen project:
- Een basis wereldkaart.
- Het hedendaagse kadaster.
- Historische kaarten.
Je kan bestaande kaarten importeren in je eigen project met een plug-in. Plug-ins zijn software waarmee je programma’s kan uitbreiden. Door de juiste plug-ins te installeren in QGIS kan je verschillende bestaande kaarten rechtstreeks zoeken en toevoegen in QGIS.
BASIS WERELDKAART
De plug-in om een basis wereldkaart toe te voegen (QuickMapServices) zit standaard in QGIS en hoef je dus niet zelf te installeren. Om de plug-in te gebruiken doe je het volgende:
- Kies in de menubalk bovenaan in QGIS voor ‘Web’.
- Kies nadien voor ‘QuickMapServices’.
- Je krijgt de optie ‘Search QMS’. Als je daarop klikt, opent er aan de rechterkant van de QGIS-omgeving een paneel. Dat is de QMS-omgeving waarin je verschillende kaarten kan zoeken en opladen.
Om de basis wereldkaart toe te voegen, zoek je in het paneel naar de ‘ESRI World Topo’-kaart. Wanneer die verschijnt in de lijst met zoekresultaten, klik je op ‘Add’. De kaart verschijnt nu in je project. Je kan dit zien in het paneel ‘Lagen’ aan de linkerkant van de QGIS-omgeving.
Om de basis wereldkaart toe te voegen, zoek je in het paneel naar de ‘ESRI World Topo’-kaart. Wanneer die verschijnt in de lijst met zoekresultaten, klik je op ‘Add’. De kaart verschijnt nu in je project. Je kan dit zien in het paneel ‘Lagen’ aan de linkerkant van de QGIS-omgeving.
HEDENDAAGS KADASTER (GRB)
Het hedendaagse kadaster downloaden
Het hedendaagse kadaster kan je terugvinden op Geopunt (https://www.geopunt.be/). Dat is een portaal van de Vlaamse overheid waarop allerlei geografische informatie beschikbaar is. Je kan er ook hedendaagse kadasterkaarten terugvinden.
Om de hedendaagse kadasterkaart te downloaden, moet je je registreren. Die registratie is gratis. Om de kaart te zoeken:
- Klik rechts boven op ‘Menu’ en kies vervolgens voor ‘Catalogus’.
- Als je nu de lijst met datasets opent (‘Ga naar Datavindplaats’), krijg je een overzicht van alle beschikbare datasets.
In de zoekbalk kan je gerichter zoeken in deze resultatenlijst. Geef daarom de zoekterm ‘GRBgis’ in (GRB verwijst naar het Grootschalig Referentie Bestand). Als je het GRBgis gevonden hebt, klik je het aan en kies je voor ‘Download’ (bij de versie ‘Esri Shape’). Als je nog niet aangemeld was, kan je dat nu nog steeds doen. Dat is nodig om de kaart te kunnen downloaden.
In stap 1 laat Geopunt je kiezen welke entiteiten je precies van het GRB wil downloaden. Het GRB bevat namelijk verschillende soorten informatie (wegen, percelen, gebouwen…). Kies in deze stap voor ‘Alle entiteiten’. Later kan je nog kiezen welke informatielagen je wil toevoegen aan je QGIS-project.
In stap 2 kan je het type versnijding van je kaart kiezen. Als je de kaart toevoegt zonder versnijding, krijg je een kaart van heel Vlaanderen. Door de kaart wel te versnijden, kan je zelf een gebied binnen Vlaanderen kiezen waarvan je de informatie nodig hebt. Je kan bijvoorbeeld een zone op de kaart tekenen, maar je kan ook kiezen om voor een of meerdere gemeentes de kaart te downloaden. Die laatste mogelijkheid is aangeraden wanneer je werkt met de Popp-kaarten, waarover dadelijk meer. Als je je type versnijding gekozen hebt, selecteer je de juiste gebieden en klik je op ‘Volgende’.
In stap 3 vink je ‘Recentste versie’ aan, kies je als bestandsformaat ‘Shapefile’ en vul je je e-mailadres in. Klik op ‘Downloaden’ om het bestand te downloaden.
Het hedendaagse kadaster toevoegen aan je eigen project
Om het bestand toe te voegen aan je QGIS-project, moet je het eerst op de juiste plaats op je computer zetten:
- Ga naar de map met downloads op je computer.
- Klik met je rechtermuisknop op het bestand, kies ‘Alles uitpakken…’ en zet je bestand in je GIS-mapje. Dit uitgepakte bestandje is wat je nodig hebt om de kaart in QGIS toe te voegen.
Eens de kaarten in de juiste map staan, ga je terug naar je QGIS-omgeving om de kaart op te laden:
- In de menubalk bovenaan klik je op ‘Kaartlagen’.
- Kies voor ‘Databronnen beheren’.
- Er opent een nieuw venster. Om de shapefile van Geopunt toe te voegen, kies je in het grijze menu aan de linkerkant voor ‘Vector’.
- Kies bovenaan bij het type bron voor ‘Map’. De shapefile die je hebt gedownload is immers een map en geen enkelvoudig bestand.
- Nu kan je bij ‘Vector-databron(nen)’ op de drie puntjes klikken. Selecteer de juiste shapefile-map op je computer.
- Klik in QGIS rechts onderaan op ‘Toevoegen’.
- Er verschijnt een nieuw venstertje waarin je de keuze krijgt uit verschillende lagen. Selecteer degene die jij wil toevoegen aan je project.
- Als je er meerdere wil kiezen, kan je ze aanklikken terwijl je je Ctrl-toets ingedrukt houdt.
- Stel dat je bijvoorbeeld de lagen voor gebouwen en wegen wil importeren, dan selecteer je zowel GbgXXXXXX (gebouwen) en WbnXXXXXX (wegbanen). Ook AdpXXXXX (administratief perceel) en GbaXXXXX (gebouwaanhorigheid) zijn aangewezen. In plaats van XXXXXX zie je steeds het gemeentenummer in het hedendaags kadaster.
- Klik op ‘Lagen toevoegen’ en sluit het venster ‘Databronnen beheren’.
- In het paneel ‘Lagen’ links in de QGIS-omgeving verschijnen de geselecteerde lagen.
HISTORISCHE KAARTEN
Wanneer je zelf een historische kaart maakt, is het uiteraard interessant om met bestaande oude kaarten te werken. In QGIS kan je afbeeldingen van historische kaarten toevoegen aan je project. Je hebt daarin twee types:
- Afbeeldingen van historische kaarten waaraan al geografische informatie is toegevoegd.
- Afbeeldingen van historische kaarten waarbij dat nog niet is gebeurd.
In Geopunt kan je naast hedendaagse kadasterkaarten ook historische kaarten terugvinden. Die kaarten bevatten al de juiste geografische informatie en zullen dus meteen op de juiste plaats verschijnen. In tegenstelling tot het opladen van de hedendaagse kadasterkaart, kan je historische kaarten met een plug-in rechtstreeks in QGIS zoeken en toevoegen. Daarvoor moet je eerst de juiste plug-in installeren:
- Ga in de menubalk bovenaan in QGIS naar ‘Plug-ins’.
- Kies voor ‘Plug-ins beheren en installeren…’.
- Er opent een nieuw venster. Kies in het grijze menu aan de linkerkant voor ‘Alles’ en zoek in de zoekbalk naar Geopunt4Qgis. Dat is de plug-in die je nodig hebt om vanuit QGIS toegang te krijgen tot Geopunt.
- Als je de plug-in in de resultatenlijst aanklikt, krijg je meer uitleg over de mogelijkheden van Geopunt4Qgis.
- Kies voor ‘Plug-in installeren’.
- Sluit het ‘Plug-ins’-venster.
Er verschijnt een extra werkbalk in QGIS met verschillende gele icoontjes: dit is de Geopunt-werkbalk.
Als je dit niet te zien krijgt, ga je in de menubalk bovenaan naar ‘Beeld’ en dan naar ‘Werkbalken’. In de lijst die verschijnt, kan je aanvinken welke werkbalken je zichtbaar wil maken in de QGIS-omgeving. Vink hier de ‘Geopunt toolbar’ aan. Als de balk nog steeds niet verschijnt, sla je je project op, sluit je het af en start je het opnieuw op.
Historische kaarten toevoegen vanuit Geopunt doe je op de volgende manier:
- Klik in de Geopunt werkbalk op ‘Datavindplaats’.
- Er opent een nieuw venster waar je kan zoeken naar de gewenste kaart. In dit voorbeeld zullen we de Popp-kaart toevoegen. In de zoekbalk typ je ‘popp’ en klik je op ‘Zoek’.
- Bij de zoekresultaten klik je vervolgens op ‘Raadpleegdienst voor historische cartografie’.
- Kies onderaan voor ‘WMS toevoegen’.
- Er opent een nieuw venster waar je uit een lijst de juiste kaart kan selecteren.
- In dit voorbeeld kiezen we voor de Popp-kaart (‘Popp-kaart (1842-1879), Vlaanderen’), maar er zijn ook heel wat andere kaarten waaruit je kan kiezen, zoals bijvoorbeeld de Ferraris-kaart.
- Wanneer je de juiste kaart geselecteerd hebt, klik je op ‘OK’.
- Sluit het ‘Datavindplaats’-venster .
- De historische kaart verschijnt nu in je project. Je kan dit zien in het paneel ‘Lagen’ aan de linkerkant van de QGIS-omgeving.
Het kan ook zijn dat je een afbeelding van een historische kaart hebt die je wil gebruiken, maar dat die nog geen geografische informatie bevat. Je zal zelf die geografische informatie moeten toevoegen aan de afbeelding: dat heet ‘georefereren’. Hoe je dat doet, lees je in deze praktijktip.
TIPS EN EXTRA INFORMATIE
Let op: QGIS heeft regelmatig updates, waardoor sommige functies er anders uitzien. De praktijktip vertrekt vanuit versie Pritzen 3.34.4. Enkele video’s in de links hieronder zijn van toepassing op vroegere versies van het programma, maar geven wel een beeld van de stappen.
Hier kan je terecht voor meer hulp:
- Deze pagina rond het maken van digitale kaarten in QGIS.
- Geojuffie (Nederlandstalige filmpjes): dit kanaal biedt toelichting bij heel wat functies van QGIS, zoals het tekenen van polygonen, werken met expressies, toevoegen van foto’s, georefereren… Zowel voor basisfunctionaliteiten als meer gevorderde toepassingen van QGIS kan je hier terecht.
- Nederlandse officiële handleiding van QGIS: deze handleiding geeft toelichting bij zo goed als alle functionaliteiten van QGIS. Via de inhoudstafel navigeer je makkelijk naar de uitleg die jij nodig hebt.
- GIS Historische cartografie UGent (Nederlandstalige filmpjes): dit kanaal geeft voornamelijk toelichting bij het werken met polygonenlagen.