Het Suikerfeest
In gesprek met Najet Boulafdal
Auteur: Histories
In de rubriek 'over-dragers' spreekt Histories met en over dragers van rituelen, tradities of feesten. Dat zijn mensen die op allerlei manieren betrokken kunnen zijn bij zo'n ritueel, traditie of feest. We noemen hen dragers, omdat ze hun praktijk in leven houden door die zelf uit te voeren en door ze op anderen over te dragen.
Denk aan stagediven: Alleen als de hele menigte meewerkt, en de stagediver telkens een stukje verder draagt naar de volgende, zal de persoon niet vallen. En hoe meer mensen meedoen, hoe langer de duik kan duren.
Naar aanleiding van het Suikerfeest belde Histories even met Najet Boulafdal. Zij werkt als erfgoedmedewerkster bij MANA vzw, het Expertisecentrum voor Islamitische Culturen. We vroegen haar hoe zij de ramadan en vooral het Suikerfeest beleeft.
De ramadan heeft voor mij twee dimensies. Enerzijds is er de fysieke inspanning die niet te onderschatten is. De dag doorkomen zonder iets te nuttigen zorgt ervoor dat mijn energiepeil steeds op een laag pitje staat. Voor mij is vasten een kwestie van mijn grenzen te verleggen en is elke iftar (breken van de vasten) een overwinning. Anderzijds is de ramadan een maand van bezinning en introspectie. Het is een tijd om mijn (eet)gewoonten onder de loep te nemen. Hierdoor evalueer ik ook hoe ik me verhoud tot mijn familie, de samenleving en de wereld. Tijdens de vastenmaand staat solidariteit centraal, niet alleen met mijn directe medemens, maar ook met de behoeftigen die in andere werelddelen wonen. Hoewel de islamitische vasten niet gericht is op versterving, is het ook niet de bedoeling de vasten te breken met een vreetfestijn.
In principe begint het Suikerfeest bij het breken van de vasten, wanneer de eerste sikkel van de nieuwe maan wordt waargenomen. Omdat er vaak twijfel is, wacht ik tot ik de bevestiging van mijn familie heb. Vanaf dan wordt er druk getelefoneerd met familie en vrienden met de beste wensen.
Afhankelijk van mijn gesprekspartner gebruik ik Suikerfeest of al-Eid, wat in het Arabisch feest betekent.
Het samenzijn met de familie en het avondmaal.
Het is een mooie gelegenheid om bij vrienden en kennissen langs te gaan.
Ik vier het Suikerfeest met familie en vrienden uit de buurt.
Er wordt veel gebak gegeten en aangeboden aan bezoek. Jongeren gaan vaak samen op stap en ruilen de traditionele gebakjes in voor een snelle hap in een grote keten.
Tijdens de laatste week van de ramadan wordt er volop gebakken, samen met de buren.
Waar ik opgroeide (Seefhoek, Antwerpen), kregen kinderen van elke moslim die langskwam twintig frank. Met de andere kinderen kwamen we dan samen op een plein en telden we de centen die we gekregen hadden.
Vroeger niet, er werd er ook niet naar gevraagd. Als het Suikerfeest op een schooldag viel, gingen we gewoon naar school. De situatie is nu echter veranderd. Ik denk dat kinderen op scholen waar voornamelijk moslims zitten wel vrijaf krijgen.
Uiteraard! Niet alle buren zijn moslims, maar toch krijgen zij ook bezoek of minstens een bordje met gebak.
Dankjewel voor het gesprek!
Dit interview werd afgenomen in augustus 2012 door LECA (Landelijk Expertisecentrum voor Cultuur van Alledag). De werking van LECA maakt sinds 1 januari 2019 onderdeel uit van Histories. |