Openluchtwinkelen
Markten
Auteur: Histories
Iedereen heeft ongetwijfeld minstens al één keer op een markt rondgelopen. Zeker omdat iedere markt vrij toegankelijk en daarom tegelijk ook zeer uitnodigend is: je kan er zomaar “binnen- en buitenlopen”. De gezellige en uitgelaten sfeer zorgt ervoor dat iedereen er meestal net “iets” langer rondloopt dan gepland. En hoewel sommige mensen slechts sporadisch een markt bezoeken, zijn er nog steeds voldoende andere mensen voor wie hun wekelijkse marktbezoek een traditie is geworden.
Middeleeuwse markten
Reeds in de klassieke oudheid bevond de marktplaats zich steevast in het centrum van de stad, omgeven door allerlei belangrijke gebouwen. Er hadden niet enkel commerciële activiteiten plaats, maar tevens juridische, militaire, politieke en religieuze activiteiten. Onder de Grieken werd gesproken over een “agora”, onder de Romeinen werd gesproken over een “forum”. Onze benaming “markt” is afgeleid van het Latijnse woord “mercatus”. Markten kennen aldus een lange traditie.
Sinds de middeleeuwen komen jaarmarkten voor. Overschotten werden toen geruild op bekende pleinen of in de buurt van belangrijke waterwegen en bruggen. Vooral wanneer het muntsysteem werd ingevoerd, kenden markten een echte bloei. Kooplieden verzamelden zich dan om hun waren niet gewoonweg te ruilen, maar om die waren werkelijk te verkopen. Jaarmarkten werden dikwijls opgeluisterd met amusement en vermaak. Onder andere muzikanten, acrobaten en waarzeggers zagen hun kans om iets te verdienen door hun kunsten te tonen aan een publiek. Zo groeiden de middeleeuwse jaarmarkten uit tot gezellige bijeenkomsten waar handel en amusement hand in hand gingen.
"Als marktkramer ben ik geboren"
We kennen allemaal het bekende liedje van één van onze bekendste marktkramers/zangers: “Als marktkramer ben ik geboren” van Eddy Wally. Het liedje benadrukt onder andere dat het beroep meestal wordt doorgegeven van de ouders op hun kinderen. Als marktkramer word je geboren en als marktkramer blijf je bestaan. Het is met andere woorden een roeping en je weet op voorhand dat je onder andere steevast vroeg moet opstaan. Marktkramers kennen bovendien een rondreizend bestaan. Ze reizen niet noodzakelijk de wereld rond, maar ze reizen sowieso wel rond in een bepaalde streek. Ze trekken van markt naar markt om in zoveel mogelijk verschillende gemeenten hun waren aan te prijzen. Een grote dosis enthousiasme en overtuigingskracht zijn onmisbaar voor marktkramers. Met een boeiende presentatie proberen ze zoveel mogelijk toeschouwers en potentiële kopers te lokken. We zijn ze allemaal al eens tegengekomen: de ene marktkramer die hét beste poetsmiddel verkoopt, de andere marktkramer die dé goedkoopste en meest verse groenten aanbiedt, … Ze zijn allemaal een krak in het overtuigen van mensen en schuwen daarbij geen verbloemende adjectieven.
Op de markt staan
Geen markten zonder marktkramers, maar natuurlijk ook geen markten zonder geïnteresseerde kooplustigen. Markten worden niet enkel bezocht om dagverse producten te kunnen kopen, markten hebben ook een zeer belangrijke sociale functie. De markt is een ontmoetingsplaats voor de inwoners van een bepaalde gemeente. Om het op de markt zo gezellig mogelijk te maken, wordt er nog steeds dikwijls animatie voorzien en kunnen de bezoekers terecht in de lokale cafés voor een drankje tussendoor. Er worden praatjes gemaakt en er kunnen zelfs eventueel nieuwe sociale contacten worden opgebouwd.
Naar de markt gaan
Geen markten zonder marktkramers, maar natuurlijk ook geen markten zonder geïnteresseerde kooplustigen. Markten worden niet enkel bezocht om dagverse producten te kunnen kopen, markten hebben ook een zeer belangrijke sociale functie. De markt is een ontmoetingsplaats voor de inwoners van een bepaalde gemeente. Om het op de markt zo gezellig mogelijk te maken, wordt er nog steeds dikwijls animatie voorzien en kunnen de bezoekers terecht in de lokale cafés voor een drankje tussendoor. Er worden praatjes gemaakt en er kunnen zelfs eventueel nieuwe sociale contacten worden opgebouwd.
Iets op je kerfstok hebben
“Iets op je kerfstok hebben” kennen we vandaag de dag nog steeds als spreekwoord, maar de oorspronkelijke betekenis is niet meer zo gekend. Wanneer vroeger iemand niet kon betalen, werd er een kerf gemaakt in een stok. Hoe meer kerven er op een stok stonden, hoe groter de schulden van de bepaalde persoon waren. Vandaag de dag kan er niet meer op krediet worden gekocht, tenzij de koper en de verkoper elkaar heel goed kennen. In de meeste gevallen wordt er enkel cash aanvaard. De kerfstok is dan ook verdwenen.
Markt of warenhuis?
Bij de opkomst van de buurtwinkels en dan vooral van de recentere warenhuizen, kende de marktcultuur een terugval. Omdat de producten die op markten worden aangeboden echter dagvers zijn en omdat de markt een niet te verwaarlozen sociale functie vervult, worden markten ook vandaag nog druk bezocht.
Wekelijkse markt en jaarmarkt
De wekelijkse markten her en der zijn nog steeds erg populair. Lokale handelaars verkopen er gedurende de voormiddag voornamelijk voeding en bloemen. De producten zijn dagvers en zijn in de meeste gevallen goedkoper dan in de supermarkten.
De jaarmarkten zoals we ze vandaag kennen, zijn gegroeid uit de middeleeuwse jaarmarkten. Ze zijn reeds lange tijd in de meeste gevallen gebonden aan een kermis en kunnen soms langer dan een dag duren. Er worden ook veel meer soorten producten aangeboden dan op een wekelijkse markt. Vooral op jaarmarkten wordt er gezorgd voor amusement en vermaak.
Gespecialiseerde markten
Hoewel er vandaag de dag nog steeds gespecialiseerde markten bestaan, kwamen ze vroeger vaker voor. Dit merken we vooral aan de namen van pleinen in diverse gemeenten, zo is er bijvoorbeeld op verschillende plaatsen een “Beestenmarkt”, een “Botermarkt”, een “Groentemarkt, een “Koemarkt”, een “Korenmarkt”, een “Melkmarkt”, een “Paardenmarkt”, een “Veemarkt”, een “Vismarkt”, een “Vlasmarkt” en ga zo maar door. Sommige markten gingen, en gaan nog steeds, enkel door op een bepaalde dag en ook daarvan getuigen bepaalde plaatsnamen: “Maandagmarkt”, “Woensdagmarkt, “Vrijdagmarkt”. Er worden nog steeds gespecialiseerde markten georganiseerd, maar minder frequent dan meer algemene markten. Hieronder lijsten we enkele voorbeelden op:
Boekenmarkt
Tijdens boekenmarkten worden voornamelijk tweedehandsboeken te koop aangeboden. Kenmerkend is het snuisteren tussen de oude boeken.
Braderie
Een braderie is een minder voorkomende soort van markt. Meestal in periodes van solden worden er in winkelstraten braderieën georganiseerd. Het zijn dus geen rondreizende handelaars die de kraampjes bezetten, maar wel de winkeliers die vóór hun eigen winkel een kraam opstellen.
Cultuurmarkt
Sinds enkele jaren bestaat er zelfs een cultuurmarkt. Op een cultuurmarkt kan iedereen terecht die iets meer te weten wil komen over het lokale cultuuraanbod. Diverse cultuurorganisatoren presenteren zichzelf aan potentiële cultuurparticipanten. Er worden folders uitgedeeld die iedereen thuis rustig kan bestuderen. Op die manier wordt cultuur dichter bij de mensen gebracht.
Kerstmarkt
Gedurende de kerstperiode kan je in verschillende gemeenten terecht voor een kerstmarkt. Een kerstmarkt baadt volledig in de kerstsfeer: er weerklinken kerstliederen, er worden verschillende kerstcadeautjes te koop aangeboden, er worden warme dranken geserveerd zoals warme chocolademelk of glühwein, … Op de grotere stedelijke kerstmarkten staan er ook steevast (overdekte) schaatspistes waar jong en oud zich naar hartenlust kunnen uitleven.
Kunstmarkt
Kunstmarkten worden opnieuw steeds vaker georganiseerd. De aangeboden waren betreffen handgemaakte producten zoals onder andere tekeningen, juwelen, kleren, beeldhouwwerken. Het organiseren van dergelijke kunstmarkten zorgt ervoor dat jonge ontwerpers een kans krijgen om hun producten voor te stellen aan een ruimer publiek.
Rommel- of vlooienmarkt
Tegenwoordig zijn rommel- of vlooienmarkten erg populair. In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden, wordt er op een rommelmarkt helemaal geen rommel aangeboden. Er wordt dikwijls gezegd dat de rommel van vandaag, het antiek van de toekomst is. Iedereen kan er zijn of haar (on)gebruikte spullen verkopen: van potten tot kasten, van kleren tot speelgoed, … Rommelmarkten zijn er voor verzamelaars die op zoek zijn naar dat ene ontbrekende stuk uit een collectie of voor passanten die toevallig op een object botsen dat ze kunnen gebruiken. Wanneer er iets gekocht wordt, is het gebruikelijk om af te dingen. De meeste verkopers prijzen hun waren dan ook iets hoger aan.
Veemarkt
Het spreekt voor zich dat veemarkten vroeger vaker werden georganiseerd dan nu. Vee werd toen niet enkel beschouwd als een voedselbron, maar tevens als lastdier en vervoermiddel. Ondertussen leven we niet langer in een landbouwmaatschappij en wordt er niet zomaar vee aangekocht. Veemarkten zijn daarom tegenwoordig vooral een spektakel. Op veemarkten wordt het vee gekeurd door keurders en pas na de kwaliteitscontrole en het eventuele toekennen van prijzen aan kampioenen, kan het vee worden verhandeld. Veemarkten worden eerder bezocht door kijk- dan door kooplustigen.
Meer informatie en verantwoording
Afbeeldingen
De afbeeldingen genummerd op volgorde van boven- tot onderaan de pagina:
- (bannerafbeelding) Groenten. nrd, 21-11-2018, via https://unsplash.com/photos/D6Tu_L3chLE
- Schiderij van een markt, door Jacques Carabain. Leonid Ll, Public domain, via Wikimedia Commons
- Kopen en verkopen op de markt. Renate Vanaga, 22-09-2019, via https://unsplash.com/photos/2pV2LwPVP9A
- Sint-Lievens-Houtem Jaarmarkt, 2008. Torsade de Pointes, CC0, via Wikimedia Commons
Artikelen
- Braekman, W.L., ‘De “Antwerpschen roep” en andere straatroepen’, Volkskunde 100 (1999), nr. 1, p. 27-72.
- Braekman, W.L., ‘Pieter Eggerickx, de blinde Gentse marktzanger (1796-1868)’, Volkskunde 85 (1984), nr. 3, p. 209-245.
- Braekman, W.L., ‘Een belangrijke Oudenaardse bundel marktliederen’, Volkskunde 88 (1987), nr. 1, p. 1-37.
- Mattheeuws, K., en Y. Segers, Vette veemarkt. Alles over veejaarmarkten en de traditionele vette veemarkt in Zomergem, COMEET/Erfgoedcel Meetjesland, Eeklo, 2010. (Erfgoed Meetjesland 08)
- Puts, F., ‘Een zestiende-eeuws Antwerps refrein met straatroepen’, Volkskunde 92 (1991), nr. 2, p. 122-128.