Hygiëne in de hoofdstad. De opkomst van sanitaire voorzieningen in Brusselse woonhuizen en de rol van de overheid (1850-1900)

Een warm bad of douche nemen, het comfort van een watergespoeld toilet en 24 op 24 uur toegang tot stromend, drinkbaar water in huis… Hoe vanzelfsprekend deze voorzieningen vandaag ook mogen lijken, ze zijn het resultaat van een langzame ontwikkeling waarbij de normen voor sanitair comfort stelselmatig werden opgedreven. Hoewel plaatselijke overheden al van oudsher maatregelen namen ter verbetering van de publieke watervoorziening en de volksgezondheid, vormde de tweede helft van de negentiende eeuw een beslissende periode. Vooral in de grootsteden, waar de Industriële Revolutie en bevolkingsgroei hun grootste impact hadden, vonden de meest ingrijpende vernieuwingen plaats.

Deze bijdrage tracht een antwoord te formuleren op de vraag welke rol de stedelijke overheid vervulde in de opkomst van deze sanitaire voorzieningen in Brusselse woonhuizen tussen 1850 en 1900. Welke infrastructurele ingrepen maakten de verspreiding van sanitair binnenshuis mogelijk? En speelden de stedelijke bouwvoorschriften een faciliterende of net een remmende rol? Dit wordt onderzocht aan de hand van bronnen die door het stadsbestuur werden opgesteld ter regulering van de sanitaire omstandigheden in de publieke en de private ruimte: bouwverordeningen, gemeenteraadsverslagen en de reglementering van de watervoorziening. Ze worden bewaard in het Brusselse stadsarchief, maar zijn ook veelal gedigitaliseerd en online raadpleegbaar. Een belangrijke kanttekening is dat dit soort normatieve bronnen veeleer een gewenste dan een werkelijke toestand weerspiegelen. Zo bleven de sanitaire omstandigheden voor de Brusselse arbeidersbevolking nog tot diep in de twintigste eeuw barslecht. Deze bijdrage handelt dan ook in hoofdzaak over de introductie van sanitair comfort in de woonhuizen van de welgestelde stedelijke burgerij.

Hiervoor wordt ook gesteund op de uitgebreide lokaal-historische literatuur over dit onderwerp. Tal van aspecten van de Brusselse sanitaire geschiedenis, van watervoorziening tot riolering, werden reeds uitvoerig bestudeerd door historici zoals Chloé Deligne en Liliane Viré. Een allesomvattende blik op de impact van de overheid – van openbare voorzieningen tot architecturale voorschriften binnenshuis – ontbreekt echter tot dusver in de geschiedschrijving over de opkomst van sanitaire voorzieningen in de stad. Dit overheidsingrijpen kwam vanzelfsprekend niet uit het niets. Vooraleer de impact ervan wordt toegelicht, bied ik de nodige context over de groei en industrialisering van Brussel en de heropleving van het hygiënisch bewustzijn in de stad. Vervolgens wordt het sanitaire overheidsingrijpen opgesplitst in de aanleg van openbare voorzieningen enerzijds, en de regulering van het sanitair binnenshuis anderzijds. De conclusie vat de voornaamste bevindingen samen en biedt perspectieven voor verder lokaal-historisch onderzoek.

 

Download pdf